Als je een collega live of op TV een toss ziet uitvoeren, lijkt het altijd supereenvoudig. Je gooit gewoon je muntje op en klaar, toch? Niet dus: er zit veel meer achter. Ik heb er in het verleden best wat fouten tegen gemaakt. Oké, geen wedstrijdbepalende, maar ik hou er toch van als alle details goed zitten. In deze post: hoe voer je een correcte toss uit voor de wedstrijd?

Na de schoencontrole van de spelers is het meestal tijd om het veld op te gaan. Best ruim op tijd, want de teams moeten vaak nog hun opwarmspullen opruimen en de opstellingen overlopen, en je wil natuurlijk op tijd beginnen.
Ik loop altijd naar de middenstip voor de toss, en die gaat er als volgt aan toe: ik ga met mijn gezicht naar de dug-outs staan. Zodra de aanvoerders bij me staan, schudden we elkaar allemaal de hand. Ik laat dan de bezoekende partij de kant van de munt kiezen, die ik vervolgens opgooi. De kant die vanboven ligt en dus de toss wint, mag kiezen: de aftrap of de speelhelft. Trouwens: als je de munt kan vangen, zo veel te beter. Laat je hem toch op de grond vallen, dan pak je hem best pas op als de toss voorbij is. Zo hoef je niet te buigen voor de aanvoerders – een goede tip van een opleider! Als de toss voorbij is, kruis ik nog even op mijn notitiekaart aan welke ploeg aftrapt om misverstanden later te vermijden.
Even een filmpje ter verduidelijking:
Hoe voeren jullie de toss uit? Laten jullie hem gewoon op de grond vallen of niet?
Nog vragen over de toss of nog extra tips? Laat ze zeker achter in de comments of laat het weten in een dm op mijn Instagram.