Nieuw seizoen, nieuwe doelen, en ook: nieuwe regels. Jaarlijks worden de spelregels geüpdatet door IFAB – International Football Association Board: dit om eventuele regels die vorig seizoen niet zo duidelijk waren of waar bijvoorbeeld veel commotie rond was, weg te werken en te vervangen door duidelijkere, concretere regels. In België moeten alleen de refs die volwassenen fluiten jaarlijks een spelregeltest doen, jeugdrefs moeten dat (voorlopig) niet.
De spelregels worden meestal al in juni gepubliceerd, omdat er dan al vriendschappelijke wedstrijden zijn onder profclubs. Hier worden die nieuwe regels dan al vaak toegepast. In augustus starten in België ook de meeste jeugdteams terug met trainen en vriendschappelijke wedstrijden te spelen, dus voor alle refs die nu nog niet bezig zijn is het uiteraard handig af en toe al eens het nieuwe spelregelboekje erbij te pakken. Op de site van IFAB kan je hier de papieren versie (in het Engels of een andere taal) bestellen, of je kan ook de app downloaden. Zoals altijd zijn het vrij kleine wijzigingen, maar je wilt het toch niet meemaken dat je een regel niet kent tijdens een wedstrijd?
Mochten jullie dus nog niet weten wat doen in deze vakantie, dan bij deze wel ;). Veel succes met de voorbereidingen!
Voetbalfans hebben het misschien nog wel eens over ‘de scheidsrechter’, maar in ons vak spreken we allang niet meer over dat ene individu, maar over een team. En terecht: in mijn regio Antwerpen fluiten we vanaf de derde provinciale klasse met een trio, jeugdwedstrijden doen we vanaf de elite van de U16 met z’n drieën. Ook in eerste klasse wordt de term ‘scheidsrechterteam’ steeds belangrijker, zeker nu we ook met een VAR werken en er per match maar liefst zeven officials aangeduid worden. Maar hoe werkt dat nu eigenlijk, zo’n team? Ik vroeg het aan FIFA- en eersteklasseref Bram Van Driessche.
YungRef: In onze Pro League en internationaal ga jij vaak met hetzelfde team op pad. Welke voordelen heeft dat?
Bram: Vooral dat er bepaalde automatismen ontstaan: hoe meer matchen je samen fluit, hoe meer je op elkaar ingespeeld raakt. Je leert elkaars zwakke én sterke punten kennen, en zo kan je elkaar makkelijker wakker houden tijdens de wedstrijd.
Een valkuil is wel dat je té veel op die routine gaat vertrouwen. Elke wedstrijd is anders: teams spelen anders, de context van de wedstrijd is anders, en de inzet kan heel erg verschillen. Als je dan zomaar op je routine terugvalt, zou het in bepaalde wedstrijdfases wel eens kunnen mislopen.
Gelukkig hebben we ook onze communicatieheadset: die helpt ons duidelijk communiceren, waardoor we beter gefocust blijven.
YungRef: Aha, de elektronische hulpmiddelen. Wat is voor jou de meerwaarde van zo’n headset – en misschien ook van biepvlaggen?
Bram: Biepvlaggen gebruiken we inderdaad ook, maar ik leg meer de nadruk op efficiënte communicatie via de headset: alle key decisions moeten via die weg gemeld worden. Ik heb dat bakje voor de biepvlaggen wel nog steeds aan mijn schouder hangen, want je weet maar nooit. Maar verder vertrouw ik liever op wat mijn assistenten en de VAR me vertellen.
YungRef: Wat bespreek jij op voorhand zoal met je team?
Bram: We hebben een paar basisafspraken die we iedere keer herhalen. Dat ik zelf weinig of geen inworpen meer aanduid, bijvoorbeeld: ik laat dat liever aan mijn assistenten – tenzij het echt niet duidelijk was.
Nog een belangrijke: dat we de context van een match zo goed mogelijk moeten lezen, en als team vooral flexibel moeten arbitreren – rust inbouwen als het nodig is, mij actief bijstaan bij mijn beslissingen, en meedenken in moeilijke situaties zoals opstootjes.
YungRef: Welke instructies krijgen jullie van de bond over teamwork en communicatie in het algemeen?
Bram: Qua communicatie krijgen we geen specifieke richtlijnen mee. Iedere ref heeft sowieso een andere stijl en pakt de dingen dus anders aan. We hebben wél een concreet VAR-protocol: welke specifieke woorden we moeten gebruiken wanneer de VAR en de hoofdref met elkaar communiceren. Dat is wel noodzakelijk, want het gaat over wedstrijdbepalende situaties die we hoe dan ook correct moeten beoordelen.
YungRef: Steek je soms iets op van andere refs op het gebied van teamwork en communicatie?
Bram: Uiteraard. Ik ben vaak de vierde man in wedstrijden waar een collega-ref instructies geeft, en daar leer je elke keer weer van bij. Nu ja, eigenlijk leer je van eender welke ref of observer iets bij. Dat is ook het toffe: je ziet hoe anderen het op hun manier doen, en het kan niet anders of je pakt dat mee naar je eigen team. Natuurlijk kan je dat niet zomaar kopiëren, en het is belangrijk dat je je eigen stijl behoudt. Maar je kan wel andermans methodes mixen met de jouwe, en daar word je alleen maar beter van.
YungRef: Samen met het team van Lawrence Visser heb je in Bernabeu een Champions League-wedstrijd van Real Madrid geleid: één van de mooiste wedstrijden uit je carrière, neem ik aan?
Bram: Absoluut, ook al omdat het mijn eerste ervaring was in de groepsfase van de Champions League. Da’s echt genieten als team, hé.
Maar ik ben ook trots op mijn eerste wedstrijd in de groepsfase van de Conference League, HJK Helsinki tegen Alashkert. En als we toch over hoogtepunten aan het praten zijn: die keer dat ik in Spanje de Youth League-wedstrijd Deportivo-Pogon mocht fluiten. Een U19-wedstrijd met maar liefst negenduizend toeschouwers, dat is echt uitzonderlijk. Mijn observer daar was trouwens Alberto Undiano Mallenco, die lang tot de top van Europa heeft behoord.
Team Van Driessche voor Deportivo-Pogon
YungRef: Als laatste: wat zou je nog willen bereiken in je carrière als ref? En daarna?
Bram: Ik ben eigenlijk niet iemand die ver in de toekomst kijkt, ik heb meer de ingesteldheid van: step by step. Ik moet ook realistisch blijven: ik ben zesendertig en zit aan mijn zevende seizoen in de Jupiler Pro League. Uiteraard streef ik er nog altijd naar om hogerop te geraken, maar we zullen wel zien. Ik focus meestal op mijn komende wedstrijden – alles wat daar bovenop komt, is gewoon mooi meegenomen.
Bedankt dat je de tijd wilde nemen om je ervaringen te delen, Bram! Veel succes met de komende wedstrijden ook. En voor mijn bloglezers: in deel twee volgende week deelt Bram nog tips voor betere communicatie en hechter teamwork.
Leuke herinnering: foto met Bram op trainingskamp vorige zomer 🙂
In juli schreef ik een blogpost over hoe je je badge op je shirt bevestigt – met dubbelzijdige tapijttape dus, maar veel verder ging ik er niet op in. In onderstaande video demonstreer ik hoe je die tape makkelijk en zonder veel moeite kan aanbrengen:
Mocht je zelf ook zo’n rolletje tape willen: je vindt hem hier:
Wie de Belgische eerste klasse een beetje volgt, heeft het ongetwijfeld al gemerkt: sinds dit seizoen dragen de refs naast hun RBFA-badge of FIFA-badge ook nog een Come Together-badge. Waarvoor dient die eigenlijk? Dat lees je in deze post.
Het actieplan Come Together is in 2021 in het leven geroepen door de drie voetbalbonden (RBFA, Voetbal Vlaanderen en ACFF) met als doel elke vorm van discriminatie zoveel mogelijk uit het voetbal te halen. Verschillende clubs binnen heel België werken hieraan mee, door middel van het ophangen van posters in de kantines bijvoorbeeld. Maar ook refs dragen hun steentje aan bij: zo dragen zij vanaf dit seizoen nu ook een Come Together-badge.
Ik dacht lang dat die badges er alleen waren voor de refs uit eerste en tweede klasse, maar via een collega op Instagram hoorde ik dat je ze als amateurref ook kan aanvragen. Dat deed ik, en een tijdje later zat ie in de bus. Oké, het is máár een badge, en dus een symbolische actie, maar toch vind ik het belangrijk om eraan mee te doen, omdat geen elke vorm van discriminatie thuishoort in het voetbal – nergens, eigenlijk.
Wil jij ook zo’n badge aanvragen? Stuur gerust een mailtje naar report@rbfa.be. Ik kijk er alvast naar uit om hem te dragen, het komende weekend.
Rule number one when you want to be a good referee: be in excellent shape. It’s a lot of hard work, of course. How does our new Belgian female FIFA-referee Caroline Lanssens, who referees in the first women’s division, stay in shape? And does she have some useful tips to share?
Foto: Sportpix/David Catry
YungRef: What does your training routine look like? How do you combine field trainings with running sessions and the occasional day of rest?
Caroline: Variation is key. Most often, games occur during weekends, so it’s important to train enough during the week. But you don’t want to do the same thing over and over again – that’s too boring. And it’s also important to have different training objectives: low and high intensity, CORE, strength, they’re all important. If you overload certain muscle groups, you risk injuries. That being said, in a regular week I do two high-intensity sessions, a few flexibility, core and stability sessions, one speed session the day before my game and one after-game recovery session.
YungRef: Which type of exercises do you recommend on a pre-match day?
Caroline: Personally, I always do some agility exercises: fifteen to twenty sprints, alternated with walking. They’re perfect for focusing on my maximum speed and changes of direction. A game-preparation training should take less time than a normal training session. The day before a game, heavy exercises are definitely not recommended, as you have to be in shape for the next day.
YungRef: How often should you test your physical condition? Is it okay to do this more than once?
Caroline: The female referees of the Super League do one fitness test every season, but I sometimes add tests to my own training sessions. It’s hard to recommend a specific number of tests to someone else, as it all depends on your age and your level of refereeing. Yet, a lot can be said for taking those tests more than once in a season. You immediately know how well your physical condition is, and what still needs to be improved.
YungRef: Last one: what’s your biggest tip for referees who just started?
Caroline: Actually, the same as I said before: variation. Try different types of training sessions during the week. Even when it’s another sport: for example, do a swimming or a squash session. For the refs who are still playing football themselves, football training is of course also great. Later you can start with different running sessions, like low intensity or interval and agility sessions on the field. And besides that: surround yourself with nice colleagues, get involved in a great referee association, and have fun with your games!
Thanks for sharing, Caroline, they’re all very useful. And good luck with your career, too!
Check the interview I did with Caroline Lanssens here.
Hij is al een tijdje officieel, maar werd pas één van de afgelopen dagen gepubliceerd: de lijst met FIFA-scheidsrechters voor 2022.
De lijst is opgedeeld per land en per soort van FIFA-badge: gewone referees, assistant referees, futsal referees, beachsoccer referees, en sinds een tweetal jaar ook Video Match Official referees. Die laatste kan je tegenwoordig ook krijgen als je zelf geen andere FIFA-badge hebt. Maar je kan dus wel worden aangeduid als VAR op internationale wedstrijden. Er staat ook tussen haakjes bij sinds wanneer de scheidsrechters bij de FIFA actief zijn.
Als we kijken naar België is er eigenlijk maar één wijziging: Caroline Lanssens, die sinds een tijdje in de Super League (eerste klasse van de vrouwen) fluit, heeft nu haar eerste FIFA-badge te pakken.
Voor de rest blijven alle Belgische FIFA-badges hetzelfde. In andere landen is dat wel anders. Neem nu Duitsland: na het internationale afscheid van Dr. Felix Brych is de Duitse Bundesliga opnieuw twee FIFA-refs rijker – Daniël Schlager en Sven Jablonski mogen nu ook internationale duels fluiten.
De hele lijst bekijken? Je kan hem hieronder downloaden:
Onlangs ruilde ik scheidsspullen met een collega uit Japan: in het pakje dat hij me stuurde, vond ik drie badges van de nationale voetbalbond, twee ‘respect’-badges en een kaartenset met behalve een gele en een rode ook een groene kaart. Die laatste had ik nog nooit gezien.
Toen ik het even bij mijn Japanse collega navroeg, bleek die groene kaart gebruikt te worden voor de promotie van fair play tijdens de wedstrijd. Het is te zeggen: bij u12-wedstrijden, want volgens de Japanse voetbalbond JFA moeten kinderen op die leeftijd gaan beseffen dat in voetbal gerust wat emoties mogen zitten, maar dat het toch ook vooral een gezellig spel moet zijn. Dus: spelers die fair play tonen, krijgen een groene kaart van de ref.
En met fair play bedoelt de JFA:
de regels van het spel goed begrijpen (en snappen dat die regels er zijn om de spelers te beschermen)
de scheidsrechter(s) én tegenstrevers respecteren
Maar wanneer trekt de ref nu precies zo’n groene kaart? Simpel: als een speler …
het spel zelf stillegt bij een blessure van een tegenstander
een goede houding toont tijdens de match
toegeeft dat de bal bijvoorbeeld over de achterlijn ging en het dus corner is …
voorkomt dat ploegmaats zich slecht gedragen
excuses aanbiedt of een hand schudt na een onbedoelde overtreding.
Als de scheidsrechter merkt dat de teams echt aandacht besteden aan één of meer van deze vijf criteria, dan kan hij na het laatste fluitsignaal zijn groene kaart tonen aan de bank van dat team. Het is dus zo’n beetje te vergelijken met fair play-punten die bij ons wel eens op toernooien worden gegeven.
Zouden jullie dit ook graag zien in onze competities? En waarom (niet)? Laat zeker iets achter in de comments. Meer info over fair play en de groene kaart in Japan vind je op de JFA fair play-pagina.
Het lijkt simpel, maar voor een scheidsrechter is het van essentieel belang: een goede wedstrijdvoorbereiding. Je maakt het jezelf veel gemakkelijker als je op voorhand (deels) weet wat je van beide teams kan verwachten. De match kan uiteraard altijd helemaal anders lopen, want in voetbal kan alles. Niettemin: in deze post laat ik jullie zien hoe je een goede voorbereiding doet.
Praktische info
Wanneer je je aanduiding krijgt, is het altijd eerst goed om alle praktische info even op een rijtje te zetten: de datum, het uur van aanvang, de locatie, noem maar op. Als je dan bijvoorbeeld nog vervoer moet regelen, kan je dat ruim op voorhand doen en hoef je daarover niet meer te stressen.
Wie zijn die ploegen juist?
De dag voor de wedstrijd kan je je concrete voorbereiding doen. Ik schrijf bijvoorbeeld alle nuttige info op in een speciaal boekje. Die neem ik eerst voor de tweede keer nog even door. Daarna duik ik dieper in de wedstrijddetails. Om jullie een beter beeld te geven: een voorbeeld hieronder.
Ik bekijk sowieso beide teams even in detail: hun eerdere resultaten, hun plek in het klassement, of ze veel kaarten hebben gepakt enzovoort. Zo probeer ik een goed beeld te krijgen van de spelers met wie ik morgen op het veld sta. Als ze in de voorbije wedstrijden veel kaarten hebben gepakt, kan je daaruit afleiden dat ze wel eens stevig kunnen spelen. Als ze per wedstrijd gemakkelijk tien doelpunten slikken, weet je dat hun defensie misschien veel gaten laat. Maar dan ben je er wel op voorbereid, en weet je dus deels wat te verwachten. Maar zoals ik al eerder zei: de wedstrijd kan alsnog totaal anders verlopen.
Werkpunten
Als laatste overloop ik mijn werkpunten uit de vorige match (zie foto) nog even. Als ik een nipte offside gemist heb, of mijn handsignalen waren soms niet duidelijk genoeg, dan lijst ik die even op. Een halfuurtje voor de aanvang van mijn nieuwe wedstrijd overloop ik ze even opnieuw, zo zitten ze weer fris in mijn geheugen voor de aftrap.
Heb jij ook nog een paar tips voor goede wedstrijdvoorbereiding te maken? Deel ze vast en zeker in de commentaren of via mijn Instagram. En mocht je nog vragen hebben, laat mij het gerust even weten. Tot snel!
De eerste maand van het nieuwe seizoen is al voorbij, nu kunnen we ons volop focussen op de competitiewedstrijden – gisteren floot ik mijn eerste, tussen Berkenrode en Turk Sport Antwerpen. Maar eerst nog deze kleine terugblik van mijn zes wedstrijden in augustus. De hoogtepunten heb ik in een video gegoten, die kan je hieronder bekijken.
Verder wens ik alle collega’s succes met de heropstart. Hopelijk wordt dit seizoen eentje zonder al te veel coronaonderbrekingen – liefst geen enkele, zelfs.
En tot slot nog deze mededeling: nu de competitie én de school terug begint, zal ik opnieuw één blogbericht in de week posten. Als ik eens wat meer tijd heb, kunnen het er ook twee zijn. 😉
Afgelopen woensdag floot ik mijn vierde wedstrijd van het seizoen tussen de u16 van Berchem en de u16 van Cappellen Fc. Het was best een stevige dit keer: veel overtredingen, veel protest, en ook veel spanning. Ondanks de 0-0 na veertig minuten werd er in de tweede helft nog zeven keer gescoord, drie doelpunten daarvan vielen na een strafschop. Cappellen ging uiteindelijk met de overwinning aan de haal. Eindstand: 3-4.
De eerste gele kaart van de avond. Administratie was er in ieder geval genoeg 😉
En omdat mijn eerste ‘matchday vlog’ een groot succes was, maakte ik er ook van deze match eentje. Het resultaat kan je hieronder bekijken:
Nu augustus bijna gedaan is, start binnenkort ook de competitie weer! Dit weekend heb ik eerst nog twee oefenmatchen, de week nadien kan het echte werk beginnen… 😉
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.